Verboden afspraken tussen bedrijven die concurreren
Soms spreken bedrijven af om niet met elkaar te concurreren. Bijvoorbeeld om samen de prijs niet te verlagen. Zulke afspraken heten kartels en zijn verboden. Als bedrijven eerlijk concurreren, betaalt u niet te veel en hebt u genoeg keuze.
Op deze pagina:
Hoe ziet een kartel eruit?
Een kartel kan een afspraak op papier zijn. Maar bedrijven kunnen ook verboden afspraken maken in een gesprek of via WhatsApp.
Het kan gaan om concurrenten die bijna dezelfde producten of diensten leveren. Maar ook om bedrijven die zaken met elkaar doen. Bijvoorbeeld een fabriek en een supermarkt.
Bedrijven doen soms hetzelfde zonder dat ze afspraken met elkaar hebben gemaakt. Ze letten dan goed op elkaar. Verhoogt 1 bedrijf de prijzen? Dan doen andere bedrijven dat ook meteen. Dit mag. Maar spreken bedrijven expres af om hetzelfde te doen? Dat is verboden.
Is er een kartel als een product overal hetzelfde kost?
Soms kost een product overal hetzelfde, maar is er toch geen kartel. Bijvoorbeeld als bedrijven elkaars prijzen volgen. Dit mag. Maar bedrijven mogen geen concurrentiegevoelige informatie bekendmaken in de media. Bijvoorbeeld dat ze van plan zijn om de prijzen met een bepaald bedrag te verhogen.
Fabrikanten geven meestal een adviesprijs voor hun producten. Maar dit mag geen vaste prijs of minimumprijs zijn. Verkopers hoeven de adviesprijs dus niet te volgen. Zij mogen het product ook voor een hogere of lagere prijs verkopen. Als verkopers de adviesprijs wel volgen, kost het product bij die verkopers hetzelfde.
Wanneer mogen bedrijven met elkaar samenwerken?
Soms mogen bedrijven afspraken maken over samenwerking en vormen zij geen kartel. Het gaat om uitzonderingen. Een voorbeeld is een klein samenwerkingsverband:
- Maximaal 8 bedrijven, die samen niet meer omzet hebben dan:
- € 5,5 miljoen als de bedrijven vooral producten verkopen
- € 1,1 miljoen in alle andere gevallen, bijvoorbeeld bij dienstverlening
- Of als de bedrijven samen minder dan 10% van de markt hebben. Én de afspraken geen slechte invloed hebben op de handel binnen Europa.
Leg duidelijk uit wat de bedrijven doen. En hoe u denkt dat zij de concurrentieregels overtreden.